- Een vreemde in een dorp is als een witte hond, men herkent hem onmiddellijk.
- Alleen een gek voelt met allebei zijn voeten hoe diep het water is.
- Tegenover een kip heeft de maïskorrel altijd ongelijk.
- Het regende op de bergtop, maar het dal stond onder water.
- Je moet geen vraagteken zetten waar God een punt heeft geplaatst.
- Als het geluk met U is, waarom die haast?
- Je bent bang van inspanning en toch wil je de eerste rijst.
- Een kip wast zich niet en toch zijn haar eieren wit.
- Tegenover een steen heeft een ei altijd ongelijk.
- Als het houtvuur brandt, is iedereen er gaarne bij, maar om de as op te ruimen ben je dikwijls alleen.
- Als je met velen bent om de rivier over te steken, zullen de kaaimannen je niet opeten.
- Als in het dorp ieder één draad geeft, heeft de arme een hemd.
- Tranen vaag je best met je eigen hand.
- Waar water de baas is, moet het land gehoorzamen.
- De wereld heeft niemand wat beloofd.
- Als mannen zweren dat ze je kwaad willen berokkenen, ga dan rustig slapen. Als vrouwen dat doen, blijf dan wakker.